Er kan op meerdere manieren afgeweken worden van een bestemmingsplan: planbesluit, buitenplanse ontheffing, binnenplanse ontheffing en tijdelijke ontheffing.

Projectbesluit

Het projectbesluit wordt geregeld in artikel 3.10 van de Wro. Middels dit besluit is het mogelijk om voor bepaalde projecten af te wijken van het vigerende bestemmingsplan. Met het projectbesluit wordt vooruitgelopen op een aanpassing van een bestemmingsplan. Ook dient een projectbesluit binnen 1, 3 of 5 jaar te worden opgevolgd door een bestemmingsplan. Aangezien de procedure vergelijkbaar is met die van een bestemmingsplan (en er na 1 jaar na het nemen van een projectbesluit alsnog een bestemmingsplan in procedure dient te worden gebracht) is de verwachting dat er niet zo veel gebruik gemaakt zal worden van het projectbesluit.

Buitenplanse ontheffing

Voor relatief kleine plannen is het soms mogelijk een afwijking van het bestemmingsplan te verlenen. In artikel 4 van het Besluit Omgevingsrecht (Bor) worden specifieke gevallen opgesomd, waarvoor de gemeente een omgevingsvergunning kan verlenen voor bouwen of andere activiteiten in strijd met het bestemmingsplan. Het gaat dan bijvoorbeeld om het uitbreiden van een woning of het bouwen van een garage.

Binnen de mogelijkheden die in artikel 4 van het Bor worden genoemd, mag de gemeente zelf een afweging maken of wordt meegewerkt aan de aanvraag. De gemeente Middelburg heeft beleidsregels opgesteld waarin wordt aangegeven wanneer in principe wordt meegewerkt met aanvragen. De beleidsregels zijn op 17 mei 2011 vastgesteld.

Het meewerken aan een aanvraag blijft een bevoegdheid van het college, het is geen verplichting. De gemeente moet altijd een afweging maken van alle betrokken belangen, dus ook de belangen van eigenaren van omliggende woningen of bedrijven. Als de belangen van anderen te veel worden geschaad, zal niet meegewerkt kunnen worden met de aanvraag.

Als u een aanvraag in wilt dienen voor het afwijken van het bestemmingsplan, dan is het verstandig vooraf met uw buren over het bouwplan te praten. In ieder geval moet u rekening blijven houden met de eisen die bijvoorbeeld in het Burgerlijk Wetboek zijn opgenomen over het bouwen op de perceelsgrens.

Voordat de afwijking van het bestemmingsplan verleend kan worden, moet een procedure gevolgd worden. Dit betekent dat de aanvraag voor 6 weken ter visie wordt gelegd. Dit wordt bekend gemaakt via een publicatie in de Bode en op de website. Belanghebbenden mogen in die termijn reageren.

Binnenplanse ontheffing

Bij een bestemmingsplan kan worden bepaald dat burgemeester en wethouders met inachtneming van de bij het plan te geven regels ontheffing kunnen verlenen, de zogenaamde ‘binnenplanse ontheffing’ (artikel 6.3, lid 1, onder c Wro). Op deze manier kan een bestemmingsplan flexibeler worden gemaakt. Zoals gezegd kan per plan worden bepaald in welke gevallen het wenselijk is een binnenplanse ontheffing te verlenen. Dit impliceert dus dat per wijk in Middelburg andere binnenplanse ontheffingen mogelijk kunnen zijn. Ook de procedure die voor het verlenen van een binnenplanse vrijstelling moet worden gevoerd kan per plan verschillend zijn.

Tijdelijke ontheffing

Met artikel 3.22 Wro kan van de bepalingen van een bestemmingsplan voor een beperkte termijn (maximaal 5 jaar) ontheffing worden verleend. Na deze termijn de met het bestemmingsplan strijdige situatie hetzij in de oorspronkelijke toestand hetzij met het bestemmingsplan in overeenstemming te brengen.

Op het voornemen omtrent een tijdelijke ontheffing is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht Uniforme openbare voorbereidingsprocedure) van toepassing verklaard. Dit betekent dat het ontwerpbesluit (met daarop betrekking hebbende stukken die redelijkerwijs nodig zijn voor een beoordeling van het ontwerp) gedurende zes weken voor een ieder ter inzage liggen. Publicatie vindt plaats in de Bode. Belanghebbenden kunnen binnen deze termijn een schriftelijke dan wel mondelinge zienswijze kenbaar maken aan het college van burgemeester en wethouders.